📖 Vitale Rassen verenigt boeren die zaden telen voor een veerkrachtige en biodiverse landbouw
Greet Lambrecht is bijna 40 jaar boerin op biologisch tuinbouwbedrijf Akelei in Schriek bij Heist-op-den-Berg. Ze is ook sterkhouder van Vitale Rassen, een organisatie van boeren en boerinnen die zelf hun biologische zaden selecteren, vermeerderen en verkopen. Ze wil met Vitale Rassen de zaadteelt terug in boerenhanden leggen en een rijke diversiteit aan groentezaden - ons collectief erfgoed - beschikbaar stellen voor de gemeenschap en de toekomstige generaties. “Ik benader de planten als mens met mijn menselijke ervaringen. Zo vertel ik ook over vitaliteit bij planten: hoe ga je als mens zelf om met ziektes? Hoe zorg je voor gezondheidsondersteunende omstandigheden en bouw je natuurlijke weerstand op? Zo werkt het ook in de tuinbouw en zaadteelt. Dat is mijn boerenlogica.”
Greet: “Als jonge twintiger trok ik naar een Duits biodynamisch leerbedrijf, een gemengde boerderij met alle landbouwtakken. Ik koos voor de opleiding tuinbouw en de zaadteelt was er een natuurlijk onderdeel van. De traditie van het zelf zaden telen raakte me meteen.
Ik voelde zoveel verwondering bij een radijs in bloei. Als je dat kleine knolletje niet oogst, groeit het nog een heel eind voort, bijna tot een raap. Daaruit groeit de stengel en een hele struik van meer dan een meter hoog, die in bloei komt en zaad vormt.
Al die energie zit in elke radijs die wij eten. Het is die levensenergie die nergens zo mooi tot uitdrukking komt als in de zaadteelt.”
In de eerste helft van de twintigste eeuw was het nog heel gebruikelijk dat familiale gemengde boerenbedrijven ook de selectie deden van hun eigen groenterassen en het zaad vermeerderden.
Door de modernisering en industrialisatie van de landbouw is onder het mom van efficiëntie, uniformiteit en hoogproductiviteit de ontwikkeling en -productie van zaden verschoven van boeren naar multinationale zaadbedrijven.
De zaadteelt en -ontwikkeling is zo grotendeels los komen te staan van de landbouwrealiteit. Commerciële belangen en eigenschappen primeren op voedselkwaliteit. Zaden en gif worden op elkaar afgestemd, waardoor gangbare zaden ‘voor een goede start’ vaak meteen een coating van pesticiden krijgen.
De zaadindustrie sluit de zaadteelt op in hoogtechnologische processen - vergaande veredeling, CRISPR-cas en genetisch gemanipuleerde organismen - en in patenten. Ongeveer 75% van al onze lokale groenterassen zijn hierdoor ondertussen verdwenen.
Ruimte voor creativiteit
“Mijn grootste zorg is dat boeren heel vaak in een overlevingsmodus worden gedwongen”, vertelt Greet. “De prijzen van groenten worden laag gehouden en dalen nog steeds. Gangbare én biologische boeren worden nog vaak tegen elkaar uitgespeeld, in een strijd om de laagste prijs.
Waarom mag de boer niet de prijs vragen die het hem kost en nog een beetje meer zodat hij zijn toekomst kan verzekeren en ruimte heeft voor creatieve processen? Die creativiteit maakt dat je manier van voeding telen in balans is met goed zorgen voor je bodem, de natuur en je omgeving en dat je holistisch en regeneratief kan werken.
In de opkomst van de permacultuur zie ik dat diep menselijk verlangen naar creatieve processen die beginnen met een ontwerp, met heel vrij waarnemen en in dialoog gaan met een plek.
Met een holistische blik blijven kijken, open blijven staan voor wat ons roept en ruimte houden voor creatieve ontwikkeling: net daar halen we onze energie en goesting vandaan om er als boeren en boerinnen steeds weer tegenaan te gaan.
Korte keten en directe verkoop zijn daar de beste garantie voor. Onze hoevewinkel, markten en de pakketten verzekeren een continue afzet voor een eerlijke prijs, maar we kunnen er niet al onze producten kwijt.”
Jarenlange ontmoetende én sturende verbinding
Akelei is een plek waar je als boer of boerin ook ruimte krijgt om zelf nieuwe sporen te ontwikkelen. Dat ziet Greet nu mooi bij de jonge boeren en dat was ook zo toen zij hier aankwam in 1987. Johan D’hulster startte het biologische tuinbouwbedrijf vijf jaar eerder.
Greet: “Ik wou diversifiëren met fijnere groenteteelten, kruiden, kleinfruit en buitenloopkippen, en natuurlijk zaadteelt.
We ontdekten dat de boeren rondom ons nog hun eigen zaadselectie deden. We leerden van hun passie en oog voor detail en gingen mee in hun traditie van open bestoven zaadvaste rassen.
We namen hun selectie over en lieten de groenterassen evolueren naar onze manier van boeren.” Zo werd de Mechelse blauwgroene winterprei een typische Akelei-selectie die Greet als instandhoudingsras liet registreren op de Belgische rassenlijsten.
“Ongeveer een vierde van onze zestig groenteteelten op Akelei zijn van eigen zaadteelt. Die eigen zaadteelt geeft ons wat autonomie terug. We gaan een lange ontmoetende én sturende verbinding aan met de groenterassen. Dat is essentieel anders dan als je plantgoed aankoopt, waar de opkweker voor je beslist in rassenkeuze.
Momenteel zorg ik voor de vermeerdering van vijfendertig rassen, de meeste staan op een apart zaadteeltveld. Elke dag voed en verzorg ik de dieren en ga ik ook rond bij alle gewassen.
Het is een dagelijks ontmoeten, observeren en het hele jaar door verzorgen. Bepalen wanneer het goede moment is, doe ik eigenlijk heel intuïtief. Dat is de rijkdom van het ouder worden, er is zoveel parate kennis en ervaring aanwezig.”
Brede genetische basis en diversiteit aan eigenschappen
Door steeds opnieuw een selectie te maken van de beste groenten, met de eigenschappen die ze het belangrijkst vinden, werken de boeren jaar na jaar aan een robuust ras.
Neem de Mechelse blauwgroene winterprei op Akelei: Elk jaar selecteren de boeren op het veld en bij de oogst de beste exemplaren. De preiplanten die er het krachtigst uitzien, vorstbestendig bleken, zich het best herstelden na een roestplaag en die het best met een droogteperiode, of net een heel natte herfst omgaan.
Ze planten die preiplanten opnieuw op een apart perceel, zodat zij in het tweede jaar naar het generatieve stadium kunnen groeien: stengels krijgen, in bloei komen en door wind of insecten kunnen bestoven worden.
Uiteindelijk staan de planten in volle glorie met bollen vol zaad. En zo gaat het verder: het proces van prei telen, zaaddragers selecteren en laten bloeien.
“Jaar na jaar selecteren en vermeerderen we groenterassen die van zichzelf weerbaar worden tegen plagen en de uitdagingen van deze tijd. We behouden een brede genetische basis en een breed scala aan eigenschappen en kwaliteiten.
Het is een lange beweging, maar wel een heel natuurlijke, waarbij de planten voortdurend blijven resoneren met de omgeving en de condities die op dat moment aanwezig zijn.”
Midden in het leven
Greet: “Onze zaaddragers staan midden in het boerenleven en het geheel van ons landbouwbedrijf. Waar het om draait is dat we ons bedrijf zo inrichten dat het het meest ondersteunend is voor de plant.
Zo werken we ook aan bodemvruchtbaarheid, de inrichting van de omgeving met bomen, dieren, poelen … Maximale vitaliteit en diversiteit in plant en omgeving. Hier worden de planten niet geïsoleerd, in het labo bekeken en gereduceerd tot hun genen zoals in de biotechnologie.
De planten staan hier in hun kracht, én worden uitgedaagd door droogte, door plagen, door … Zo krijgt de plant de kans om zelf te anticiperen. Zo krijgen we de wijsheid te zien die de natuur in zich heeft.
Zo kan je ook zien of de plant vitaal genoeg is om met die uitdagingen om te gaan. Zo bouwt de plant innerlijke weerstand op die ze generatie na generatie kan doorgeven.
Een plaag is voor een boer niet fijn, maar voor de zaadteelt een mooie kans om tolerantie te ontwikkelen. De planten leren de uitdaging kennen, integreren ze en groeien door.
De Mechelse blauwgroene winterprei was goed vorstresistent. Maar wat gebeurt er met die kwaliteit als het al jaren niet meer vriest en de plant daar niet in wordt uitgedaagd?
Daar was ik benieuwd naar. Het zaadbedrijf Bingenheimer Saatgut testte vorige winter onze preisoort in Duitsland waar het ’s winters makkelijk min tien graden Celsius wordt. Onze prei deed het goed. Die feedback was een mooi geschenk.
Ik benader de planten als mens met mijn menselijke ervaringen. Zo vertel ik ook over vitaliteit bij planten: hoe ga je als mens zelf om met ziektes? Hoe zorg je voor gezondheidsondersteunende omstandigheden en bouw je natuurlijke weerstand op? Zo werkt het ook in de tuinbouw en zaadteelt. Dat is mijn boerenlogica.”
Een groeiende beweging
De vzw Vitale Rassen verbindt biologische boeren en boerinnen als Greet die niet enkel zaden telen voor hun eigen boerenbedrijf, maar ze ook vermeerderen voor anderen. Uit liefde voor de zaadteelt, voor biodiversiteit en voor de specifieke groenten- en bloemenrassen die ze graag ter beschikking willen stellen van de gemeenschap.
Wat hen bindt is de keuze voor vitale en veerkrachtige rassen, biologisch en zaadvast. Voor zaadteelt in boerenhanden midden in de boerenpraktijk en de omgeving. Voor een open en vrij gebruik van zaden als ons collectief erfgoed. Voor respect voor de integriteit van het leven.
Het mag duidelijk zijn dat hun grondbeginselen en praktijken essentieel verschillen van die van de industriële zaadteelt. Door de samenwerking van vele boeren groeide Vitale Rassen uit tot een veelzijdig project van informeren, sensibiliseren, deelnemen aan plantenproeven, dialogeren met beleidsmakers, en het meest zichtbare: de verkoop van hun zaden.
Samen bieden de boeren-vermeerderaars in 2022 meer dan tweehonderd groente- en bloemenzaden aan in hun webshop, en dit aanbod zal ieder jaar verder groeien. Het zijn zaden voor zowel boeren als (moes)tuiniers.
Waar de boeren de zaden telen en oogsten, zorgt Vitale Rassen voor het schonen, verpakken en verkopen van de zaden. Ze bewaakt ook de kwaliteit van bijvoorbeeld de kiemkracht en begeleidt startende vermeerderaars.
Greet: “De werking groeit eigenlijk heel organisch. Er hangt heel veel warmte en enthousiasme rond Vitale Rassen. Er komen vanzelf boeren-vermeerderaars bij, we raken klanten en verkopers in hun hart en in hun gezond verstand.
De Vereniging voor Ecologisch Leven en Tuinieren (VELT) die jaarlijks een zadenverkoop organiseert voor haar leden wil zoveel mogelijk van onze zaden aanbieden.”
Deze winter bestelden de VELT-leden 12 500 zakjes groente- en bloemenzaad van Vitale Rassen, tijdens hun jaarlijkse gezamenljke zaadaankoop. Dat belooft voor al die Vlaamse en Nederlandse (moes)tuinen!
Greet vond dat natuurlijk prachtig, al werd het ook een krachtmeting voor de jonge vzw Vitale Rassen: “Door vele helpende handen werd het een intensieve én mooie tijd. We hebben een heel fijne samenwerking met arbeidszorgproject Wonen en Werken.”
Daarnaast is er ook heel veel collegialiteit, vertelt Greet: “Tussen kerst en nieuwjaar kwamen boeren-vermeerderaars helpen met zaadzakjes vullen. Het was heel fijn en gezellig, met babbels die er echt toe deden. De dynamiek die dan ontstaat … Wij zijn er voor de vermeerderaars tijdens het jaar, en op zo’n moment zijn zij er voor ons.
En ook onder de verschillende biologische zaadinitiatieven en zaadbedrijven is er die collegialiteit. We dienen hetzelfde doel en dat is prachtig. We zien in Europa heel veel gelijkaardige initiatieven starten. En dat terwijl de Europese wetgeving erg complex wordt.”
Greet vertelt dat er zowel op Europees als Vlaams beleidsniveau interesse is voor de lokale zaadinitiatieven en gekeken wordt hoe de wetgeving vereenvoudigd kan worden.
Ook bijten juristen als Fulya Batur en Blanche Magarinos-Rey en het initiatief Seeds4all zich vast in de materie. Tegelijk houdt de wetgeving ook heel veel ruimte voor de zaadindustrie en gentechnologie.
De kiem in het zaad
Greet: “In de relatieve winterrust na de oogst, gebeurt er heel wat in het zaad zelf. Eerst is er chaos. De herbronning van de plant vindt hier plaats. Impulsen van het voorbije seizoen worden herinnerd en herschikt. Zo komt er weer ruimte voor orde en beschikbare informatie. Het zaad draagt de kiem van nieuw leven in zich.
We merken het ook bij kiemproeven. Soms is de kiemkracht van bepaalde rassen nog niet goed kort na de oogst. Als we ze die rust geven, blijkt de kiemkracht ineens veel sterker.”
Het zaad toont de cyclus van de natuur en seizoenen zo mooi. Voor Greet is het vanzelfsprekend om zelf mee te bewegen met dat natuurlijk ritme en in de winter tijd voor herbronning te nemen.
Afsluitend vraag ik Greet welke zaden ze zelf in de aarde legt nu de lente lonkt, naast al die fysieke zaden van Vitale Rassen die ze ook dit jaar zal vermeerderen. “Het is een dubbele beweging: we kijken uit naar nieuwe mensen om Vitale Rassen mee te dragen en nieuwe impulsen om van Vitale Rassen een leefbaar bedrijf te maken, met loon naar werk.
Tegelijk is het voor mijzelf ook een oefening in loslaten, zowel op Akelei als bij Vitale Rassen. Ik blijf verbonden met deze plek, het is mijn fundament. Ik heb plezier in beweging en verbinding en blijf ook graag mee bewegen. En tegelijk wil ik een stuk terugnemen om ruimte te laten voor de zaden die anderen in zich hebben.”
Wil je als (moes)tuinder groente- en bloemenzaden van Vitale Rassen in (tuin)huis halen of ze aan iemand schenken? Je vindt ze op www.vitalerassen.be
Aanbod voor bedrijven en organisaties
Re-storyation: zeg het met een verhaal
In het onderwijs kan het anders. In de economie en de samenleving ook. Dat is wat we aan de hand van verhalen over denkers en doeners op deze site en in onze nieuwsbrief proberen duidelijk maken.
Wil je voor jouw organisatie of bedrijf met verhalen vertellen wat de kern van jouw bestaan is en hoe je betekenisvol bent voor de toekomst. De toekomst van je bedrijf, je medewerkers, klanten, leveranciers, de samenleving en de planeet?
Wij helpen je graag die verhalen - via interviews, blogs en/of nieuwsbrieven - in de wereld zetten.
Meer informatie over ons aanbod vind je hier of neem contact op met mischa@re-story.be.